Bij fotografie staat of valt alles met licht en belichting. Per slot van rekening betekent fotograferen ‘schrijven met licht’. Te weinig licht betekent dat je detail verliest (verdwijnt in zwart), te veel licht ook (verdwijnt in wit). De sluitertijd van de camera bepaalt hoeveel licht er op de sensor valt en dus ook hoeveel detail je in een foto ziet. Maar ook hoe scherp of onscherp de foto er uit komt te zien. Sluitertijd is daarmee één van de belangrijkste elementen in de belichtingsdriehoek.
Foto’s worden gemaakt door het aanwezige licht voor een vooraf bepaalde tijd op een lichtgevoelig oppervlak te laten vallen. Vroeger was dat oppervlak film (de ASA waarde van de film bepaalde hoe lichtgevoelig het oppervlak was), tegenwoordig is dat een sensor waarbij de ISO waarde bepaalt hoe lichtgevoelig het oppervlak is.
Deze opengewerkte camera laat goed zien hoe het licht via de lens en de spiegel naar de zoeker wordt gestuurd. Klapt de spiegel omhoog, dan valt het licht op de sensor.
Hoe lang het licht op dit oppervlak valt wordt bepaald door de sluitertijd. In een spiegelreflexcamera zit, zoals de naam al zegt, een spiegel. In eerste instantie dient deze om het licht dat door de lens valt in de zoeker te laten zien zodat je een compositie kunt maken en de belichting kunt instellen. Op het moment dat de foto zelf gemaakt moet worden wordt de spiegel omgeklapt voor de tijdsduur van de ingestelde sluitertijd, en vervolgens klapt deze weer terug. Dat is het typische klik-klak geluid wat je hoort.
Deze video van James Pearman laat goed zien wat er gebeurd als de sluiterknop wordt ingedrukt. De spiegel klapt op om het licht van de lens op de sensor te kunnen laten vallen, de twee lamellen die de echte sluitertijd bepalen schuiven razendsnel van boven naar beneden.
De sensor is erg lichtgevoelig, de sluitertijd is daarom vaak maar heel kort, fracties van seconden. Sluitertijd wordt uitgedrukt in waarden zoals 1000, 640, 250, 20 etc. Dit betekent eigenlijk 1/640 seconde, 1/250 seconde, etc. Hoe hoger het getal, hoe sneller de sluiter weer dicht gaat en hoe minder licht er op de sensor valt.
Lichtmeter
Er is niet één ‘juiste sluitertijd’, de benodigde sluitertijd – om een goed belichte en niet bewogen foto te krijgen – wordt bepaald door de hoeveelheid aanwezig licht in een scène, de opening van het diafragma en het gewenste effect. De sluitertijd hoef je niet te gokken, daar helpt de ingebouwde lichtmeter van de camera bij.
In bijna elke stand op de camera, behalve de automatische stand, zie je als je de sluiterknop half indrukt (er zit wat weerstand voordat je hem helemaal doordrukt en hij een foto maakt) een balkje met een verticaal streepje eronder (bij spiegelreflex in de lens, bij compact camera’s vaak op het scherm). Dit streepje geeft aan of de lichtmeter van de camera vindt dat de foto precies goed (gemiddeld 18% grijs in het beeld, streepje staat in het midden), onderbelicht (streepje aan de linkerkant van het midden) of overbelicht (aan de rechterkant van het midden) is. Over het algemeen geldt dat hoe duurder de camera is, hoe beter hij dit kan inschatten. Hoewel ook de toppers miskleunen afhankelijk van de omstandigheden en intentie van de fotograaf.
Omdat de camera altijd belicht op gemiddeld 18% grijs in de foto krijg je over het algemeen foto’s die redelijk wat details laten zien in de donkere delen en ook redelijk wat detail laten zien in de lichtere delen van de foto (wel afhankelijk van je onderwerp en het aanwezige contrast). Maar hierdoor loop je ook het risico’s dat de mooie kleuren (bijvoorbeeld bij een zonsondergang) wat onderdrukt worden. Dit betekent dat zwart minder zwart wordt en wit minder wit.
Dit is ook de reden waarom je bij foto’s met sneeuw bij perfecte belichting (volgens de lichtmeter van de camera) vaak ziet dat de sneeuw een beetje grijs wordt weergegeven (en blauw, maar dat is een onderwerp voor een volgende keer).
Oeps, deze foto was onderbelicht waardoor er een blauwe gloed over de foto kwam. Door de belichting +1,75 stop te doen en een wit punt in de foto te selecteren worden de kleuren weer zoals ze er in het echt uitzagen.
Op de automatische stand zal de camera altijd op zoek gaan naar gemiddeld 18% grijs in het beeld. Dit is in de meeste gevallen ook de juiste belichting, de camera heeft een uitgebreide database van voorkomende situaties en schat aan de hand daarvan de juiste belichting in. Maar het kan toch lonen om zelf de belichting in te stellen of bij te stellen om meer controle uit te oefenen over de foto. Dit kan door te kiezen om iets onder te belichten of juist over te belichten afhankelijk van de situatie. Controleer de handleiding van de camera om te zien hoe je dat voor jouw camera kunt doen.
Zelfs hiermee kun je al hele creatieve effecten bereiken. Bijvoorbeeld als je een zonsondergang fotografeert met een boom voor je in het beeld (een tegenlicht situatie) en je mikt eerst op de lucht om het licht te meten, je zorgt er voor dat hierop de sluitertijd wordt afgesteld en vervolgens maak je een compositie met de boom in beeld, dan zul je zien dat de boom sterk wordt onderbelicht (want je hebt de sluitertijd aangepast op fel licht) en krijg je een silhouet van de boom.
Belichting ingesteld op de lucht, zodat het onderwerp als silhouet wordt weergegeven
Onder-/overbelicht
Voor het meten van het licht maakt het dus wel uit waar je de lens op richt. Als je op een donker vlak richt om het licht te meten zal de camera het donkere deel naar het grijze midden willen halen, mik je op een licht stuk dan maakt hij juist het lichte deel neutraler grijs. Dit betekent dat als je een foto neemt waarin een groot donker vlak en een groot licht vlak voorkomt, zowel in de lichte als donkere delen minder details zichtbaar zullen zijn. Een camera kan minder contrastverschil vastleggen dan het menselijk oog kan waarnemen. Het dynamisch bereik is beperkt.
Drie foto’s met verschillende belichtingen
Dit krijg je bijvoorbeeld als je een kerk met een donkere kant in de schaduw en een felblauwe lucht op de foto wilt zetten. Het blauw trekt dan veel meer naar het wit, omdat er veel meer licht op de sensor moet vallen om het donkere deel met genoeg detail weer te geven. Er zit dan te veel verschil tussen donker en licht, dit verschil kan de (digitale) camera niet overbruggen, waar onze ogen dit wel kunnen.
Je kunt er dan voor kiezen om de foto te onder- of overbelichten. Je kiest hiermee dan voor het lichte (onderbelichten) of juist voor het donkere deel (overbelichten). Je kiest er dan voor om het donkere deel donkerder te maken of het lichte deel lichter. Dat is een artistieke keuze. Maar soms kan het ook helpen als je het licht meet op het lichte deel en vervolgens dat iets overbelicht zodat je donkere deel gedetailleerder wordt. Je kunt hiermee proberen om een zo goed mogelijk evenwicht in de foto te krijgen qua belichting.
Tenzij je natuurlijk juist veel contrast wilt hebben, zoals deze foto genomen in Leiden. Hier heb ik het licht gemeten in de lucht en omdat het stadhuis van Leiden vanaf deze kant helemaal in de schaduw lag zag je bijna geen detail meer in de originele foto. Door het contrast in een beeldbewerkingsprogramma nog net iets sterker te maken is zelfs al het detail verdwenen.
Door de belichting in te stellen op de lucht verdwijnt al het detail uit
het stadhuis van Leiden
Onder- of overbelichten wordt uitgedrukt in “stops”. Op de lichtmeter balk staat een -2, -1 0 +1 en +2 waarde. +1 Betekent 1 stop overbelicht. Vaak ga je bij onder- of overbelichten naar de hele waarden toe op de lichtmeter balk. Bijvoorbeeld bij sneeuw is het vaak nodig om 1 stop over te belichten. Dus je stelt de sluitertijd bij totdat het lichtmeter streepje bij de +1 staat. Er valt dan meer licht van de witte sneeuw op de sensor zodat het wit wit blijft en niet meer naar het neutrale grijs trekt.
Veel fotografen onderbelichten standaard 1/3 stop (eerste streep links van het midden) om er voor te zorgen dat de witte delen net genoeg detail vasthouden en niet overbelicht worden, hoewel er ook mensen zijn die zeggen dat je bij het fotograferen in RAW formaat juist moet overbelichten, omdat het in de nabewerking makkelijker is details uit de lichte delen te halen dan uit de schaduwen.
Stilhouden
Hoe langer de sluitertijd is, hoe meer risico je loopt dat de foto bewogen is. Je moet namelijk de camera stil houden zo lang er licht op de sensor valt. Wordt de sluitertijd te lang, dan wordt de foto onscherp door de beweging in je handen als je de camera niet op een statief hebt staan.
Een ezelsbruggetje, om tot op zekere hoogte een scherpe foto te kunnen garanderen, is dat 1 gedeeld door de focale lengte van de lens de minimum sluitertijd is. Dus, als je met een 70-300mm zoomlens op 200mm fotografeert, dan moet je sluitertijd ruwweg 1/200s zijn om een beeld zonder onbedoelde bewegingsonscherpte te kunnen garanderen. De dichtstbijzijnde sluitertijd is dan 1/250s. Dit geldt zowel voor camera’s met een crop sensor (met een verlengingsfactor van de focale lengte van 1.5x, 1.6x of 2x) als voor camera’s met een full-frame (35mm) sensor.
Tot ongeveer 1/60s-1/30s kun je een lens meestal nog handmatig stil houden (ligt een beetje aan je techniek en hoe jong je bent), daarna is een stabiele ondergrond aan te raden. Met een 12mm lens heb je dus niet gegarandeerd scherpe beelden met een sluitertijd van 1/15s. Het kan wel, ik heb een paar foto’s onder donkere omstandigheden die scherp zijn, maar het is geen standaard gegeven.
Je kunt er voor zorgen dat met een relatief langzame sluitertijd de foto’s toch scherp worden door jezelf of de camera tegen een muur aan te drukken of de camera op een muurtje of een prullenbak te plaatsen. Als je snel drie foto’s achter elkaar neemt door de sluiter ingedrukt te houden is de middelste foto vaak scherp. Zo is onderstaande foto tot stand gekomen:
Vuurwerk met een sluitertijd van 1/13s geschoten, maar toch onbewogen
Zoals je ziet, vooral met zoomlenzen met weinig licht wordt het een lastig verhaal foto’s te nemen met de camera in de hand. Gelukkig hebben camerafabrikanten hiervoor de beeldstabilisatie techniek ontwikkeld. Hulpmiddelen als Image Stabilisation (IS, Canon) of Vibration Reducation (VR, Nikon) op lenzen kunnen helpen om toch iets af te wijken van dit ezelsbruggetje.
Soms is bij gebruik van beeldstabilisatie wel 2 tot 3 licht stops winst te behalen, wat bij 1/250s zou betekenen dat je op 1/250s > 1/125s > 1/60s ook nog scherpte resultaten zou kunnen behalen. Je betaalt er echter wel een prijs voor, de lens is duurder en zwaarder.
Sommige camera’s (alle Sony Alpha camera’s en verschillende Olympus en Pentax camera’s) hebben beeldstabilisatie standaard ingebouwd zitten om zich te onderscheiden van marktleiders Canon en Nikon. Dit betekent dat de genoemde nadelen voor deze camera’s en lenzen niet gelden en dit maakt deze merken voor veel mensen interessant.
Sluitertijd verlengen of verkorten
Afhankelijk van de benodigde sluitertijd – voor een correcte belichting en om onscherpte door beweging tegen te gaan – en je creatieve keuze heb je een snelle(re) of langzame(re) sluitertijd nodig.
De sluitertijd wordt grotendeels bepaald door het aanwezige natuurlijke of kunstmatige (flits) licht. Afhankelijk daarvan kun je aanpassingen doen om tot de gewenste sluitertijd te komen. Als de sluitertijd te lang is om een onbewogen foto te krijgen, dan kun je er bijvoorbeeld voor kiezen de ISO waarde te verhogen of het diafragma verder te openen (lager f-getal, bijvoorbeeld f/4 in plaats van f/5.6) om meer licht op de sensor te laten vallen.
Er was niet veel licht, maar ik heb er toch voor gekozen een dicht diafragma (f/22) in te stellen om een langere sluitertijd te krijgen voor het opnemen van lichtstrepen in het beeld
Is er juist te veel licht – bijvoorbeeld midden op een warme zomerdag – dan kun je er juist voor kiezen om het diafragma verder te sluiten (een hoger f-getal, bijvoorbeeld f/8 in plaats van f/5.6) of indien je dan te veel scherptediepte krijgt een polarisatiefilter of grijsfilter voor de lens te plaatsen om minder licht op de sensor te laten vallen.
Alle instellingen op de camera hebben invloed op elkaar, ze vormen de belichtingsdriehoek.
Wil je je niet bezig hoeven houden met ISO en diafragma, maar wel creatief willen werken met de sluitertijd, dan kun je gebruik maken van de sluitertijdprioriteit stand op de camera (Tv bij Canon of S bij Nikon). Je stelt dan een voorkeur in voor de sluitertijd, de camera zorgt er voor dat het juiste diafragma en eventueel ook de ISO waarde er bij wordt gezocht om deze sluitertijden ook mogelijk te maken.
Beweging
De sluitertijd bepaalt dus in grote mate of een foto bewegingonscherpte te zien geeft. Er zijn echter ook bedoelde effecten van bewegingsonscherpte, bijvoorbeeld het vastleggen van een snelle auto of snel stromend water in een waterval. Je kunt daarmee meer dynamiek in je foto brengen.
Meebewegen met de auto (panning) geeft een onscherpe achtergrond. Kies een sluitertijd rond de 1/100s zodat de autowielen niet stilstaan, maar beweging suggereren.
Bij een snelle auto wil je de auto scherp vastleggen, maar de achtergrond mag best onscherp zijn. Door mee te bewegen met de auto en een relatief langzame sluitertijd te kiezen verandert de achtergrond in strepen die beweging suggereren. Bij een waterval geeft een lange sluitertijd het water een mistachtig effect waardoor de stroming van het water duidelijk in beeld wordt gebracht.
Door een hoog diafragma getal te kiezen (f/22) werd de sluitertijd teruggebracht tot 1.5s,
waardoor het stromend water dynamischer kon worden vastgelegd dan met een snelle sluitertijd.
Ook met stilstaande voorwerpen kun je toch een dynamische foto maken, zoals onderstaande foto waarbij ik tijdens het indrukken van de sluiterknop ook aan de zoomknop draaide. De sluitertijd van 1/15s zorgt er voor dat de beweging wordt vastgelegd.
Met de sluitertijd kun je meer creatieve effecten bereiken. Bijvoorbeeld door er voor te kiezen de sluitertijd te verlengen zoals bij onderstaande foto van een windmolentje:
Een lange sluitertijd toont de snelle beweging van het windmolentje in de wind
Of door er juist bewust voor te kiezen de sluitertijd snel te maken en niet mee te bewegen met een sporter om het sportevenement of een andere manier te laten zien.
Door de sluitertijd niet af te stellen op de sporter, maar juist op het publiek vertel je een verhaal met de foto
Sluitertijd is een enorm belangrijk element in de belichtingsdriehoek voor het bepalen van het uiteindelijke resultaat van de foto. Een ideale belichting hoeft niet altijd het beste te zijn voor de foto, soms is onderbelichten of overbelichten beter. Aarzel niet om verschillende belichtingen te proberen, bekijk wat het beste resultaat geeft en leer ervan voor toekomstige situaties.
Hallo Kenneth.
Ik heb even een algemene vraag. Tot voor kort hadden de artikelen een nummer. 2.1 bijvoorbeeld.
Is het per ongeluk dat de artikelen nu niet meer genummerd worden?
Ik heb ze altijd uitgeprint en in een klapper gedaan. Met die nummering kon je goed zien of je geen artikel gemist had, maar nu dus niet meer.
Groetjes Marion
Hoi Marion,
De nummering is weggehaald om het makkelijker te maken de artikelen te vinden in zoekmachines, het nummer neemt veel ruimte in die een zoekmachine gebruiker niets zegt. De nummers gaven ook geen specifieke volgorde (meer) aan. Mochten meer mensen dit erg vervelend vinden, dan moet ik daar een oplossing gaan zoeken. Als je trouwens een gratis abonnement neemt op de nieuwsbrief of RSS feed, dan blijf je automatisch op de hoogte van de nieuwste artikelen.
Heel leerzaam !
Dank! Kwartje begint te vallen…
Hoi,
Wat een fijne site met duidelijke informatie. Ik ben juist begonnen aan een opleiding en zo wat extra info over de sluitertijd en het diafragma is erg hulpzaam.
Ik ga de site zeker nog vaak lezen!
Bedankt
Sasbelgie
Misschien een beetje brutaal maar zou u ook de exif data erbij willen zetten. Ik vind het namelijk handig om dingen te vergelijken en zo mooiere foto’s te maken.
Sorry, ik zag dat er bij sommige wel exif staat. Zoals bij de foto met prachtige vuurwerk erop.
Wauw wat een prachtsite!
I love it!
Ben er helemaal gelukkig mee :D
bedankt!
Beste Kenneth,
Als eerste mijn complimenten voor deze fantastische site, informatief en pakkend.
Ik ben net begonnen met deze hobby, en nu is mijn vraag, waar te beginnen. De één zegt zo snel mogelijk naar de M functie van de camera (Canon) en nu ik dit lees denk ik dat het misschien handig is om te beginnen met de TV of AV functie. Heb je wellicht een tip voor mij?
Alvast bedankt.
Gretjes, Tim.
Hoi Tim, dank voor de complimenten!
Ikzelf ben meteen op de M stand begonnen, je leert daarmee het snelst wat het effect van de verschillende instellingen is. Het komt er meestal op neer dat je een keuze maakt voor het diafragma en met behulp van de lichtmeter in de camera daar de juiste sluitertijd bij selecteert. Maar dit kan in eerste instantie ook wat overweldigend over komen. De Tv en Av stand kunnen helpen om ook die creatieve keuze te maken, maar de camera zoekt daar dan nog de andere instellingen uit de belichtingsdriehoek (zie het artikel daarover) bij. Door te bestuderen welke instelling de camera er bij haalt kun je de volgende stap dan maken en ook leren wanneer je moet compenseren (want de camera heeft lang niet altijd gelijk of kan niet raden welk creatief effect je beoogt). Het komt er op neer vooral veel te oefenen en te experimenteren met de mogelijkheden van je camera!
Beste Kenneth,
Bedankt voor de snelle reactie.
Dat wordt dus toch maar in stand M aan de gang en flink blijven oefenen.
Nog één vraagje, de witbalans en isowaarde wel op automatisch laten staan, of hier ook mee rommelen?
Alvast bedankt.
Groetjes,
Tim.
Ik zou de ISO op 100 vast zetten en alleen verhogen als het niet anders kan. Autowitbalans is OK, de camera schat dit meestal wel goed in en anders kun je in nabewerking nog wel wat aanpassen.
Thanks Kenneth,
ga hier mee aan de slag.
Kom regelmatig terug op je site.
Nieuwsbrief is ook top.
Groetjes, Tim.
Wat een super site zeg.
Heb een tijd terug een Sony Alpha 300 gekocht en kreeg daar een cursus bij. Deze cursus was echt wel goed voor iemand die aan een spiegelreflex begint maar gaat erg snel.
Na enige tijd wat geoefend te hebben, kwamen er leuke foto’s uit maar nog niet wat ik echt wilde behalen. Vooral de foto’s in donkere ruimtes of in de nacht, waren slecht.
Door deze site snap ik het nu helemaal en kan ik dus ook in diverse ruimtes fotograferen waar de licht-omstandigheden niet helemaal tof zijn.
Bedankt,
Nancy
Dankjewel Nancy, een groot compliment!
Geachte,
Mijn gelukwensen met jullie prachtige site, ben ook nog maar beginnend fotoartiest(hahaha) en leer toch het een en ander uit jullie site, welke lenzen passen het best voor binnenfotografie???.
mijn camera Nikon D60.
hartelijke groetjes,
Manu.
Dit is een praktische internet-site. Er worden goede instructies gegeven voor een goede basis van fotograferen. Er wordt goed toegelicht wat er mis kan gaan wanneer ervan afgeweken wordt.
Wordt deze site regelmatig aangevuld of gewijzigd met nieuwe ontwikkelingen of ideën ?
gr,
JR
Hoi Jack,
Dankjewel. De site wordt regelmatig aangevuld (zie de thuispagina voor recente artikelen), de artikelen zelf worden af en toe bijgewerkt, gemiddeld ongeveer eens per 3-6 maanden.
Leuke informatieve site is dit !, ben ook nog niet zo heel lang een zeer actieve (amateur) fotograaf en altijd zoekende naar info :-)
Ga zo door, schiet zelf met een Olympus E-30 met divers glas en binnenkort eindelijk de 12-60mm
Groet
Gerard
Misschien een domme vraag, ben geen fotograaf maar begin wel interesse te krijgen, hoe vaak gebruik je de flits ? Dat is een prijzige optie heb ik gezien en ik neem aan dat het weinig gebruikt wordt, aangezien het niet standaard wordt meegeleverd.
Hoi Alex,
De meeste camera’s hebben standaard wel een kleine flitser, die zit ingebouwd, die kan helpen om net genoeg licht te produceren dat de foto scherp wordt onder donkere omstandigheden. Vaak kun je daarmee maar een beperkte afstand overbruggen, het is een zwakke flitser.
Soms is het nodig om een grotere afstand te overbruggen, de locatie meer te verlichten of het licht een bepaalde richting op te sturen en daar kan een externe flitser goed voor dienen. Zo’n flitser is inderdaad een relatief dure accessoire, maar hij wordt wel veel toegepast, onder andere bij portretfotografie.
Het is echter niet gezegd dat je er altijd eentje moet hebben, ik fotografeer weinig binnen en maak bij de landschappen en evenementen waar ik kom vaak gebruik van het aanwezige licht. Ik zou beginnen met het onder de knie krijgen van de camera zelf en dan merk je later vanzelf wel of je in bepaalde omstandigheden een flitser nodig hebt of niet.
Beste Kenneth,
Dit is echt een supeeeeeeerrrrr site, ik heb altijd compact cameratje, maar sinds kort had ik canon 500D met standaart 18-55 IS lens gekregen. ik zou graag wat lenzen bij kopen maar ik weet niet welke…ik ga volgende maand reis maken rond Azie, wat voor soort lenzen zou je me aanraden??
Groetjes & Alvast bedankt.
Hallo,
Ik was zondag in Avifauna daar kun je binnen ook vogels fotograferen in natuurlijke omgeving dus een na gemaakt Afrika e.d
Nu komt de vraag al mijn foto`s daar binnen zijn bewogen ik maakte daar gebruik van een canon 40D met canon ef 70-200 f4. L USM lens camera in AV stand 400 iso met flits.
Ze waren allemaal heel sterk bewogen ik heb wel uit de hand gewerkt maar goed een enkele bewogen maar allemaal.
Graag uw antwoordt
Hoi Flip ZAellmann,
Zeker een mooie plek om te fotograferen. Nadeel van binnen is vaak wel beperkt licht. Zeker als de vogels een beetje verscholen zitten tussen bladeren.
Afhankelijk van of de vogels vlogen of stilzaten moet je rekening houden met een minimale sluitertijd van 1/70-1/200 (afhankelijk van je brandpunt). De cropfactor moet je meerekenen (op de 40D 1,6) en dan kom je op sluitertijd van 1/112-1/320.
Nu zeg je dat je je flits hebt gebruikt en dan is de grote vraag hoe je flitser dan stond ingesteld en op wat voor afstand je stond.
Zomaar zeggen waarom je foto’s bewogen zijn is vrijwel onmogelijk. Ik ken de omstandigheden in Avifauna niet en ik weet ook niet wat voor instellingen je had.
Allemaal goed en wel een EF 70-200 maar ik weet dat geen lichtgewicht objectief is, maar zonder IS ? Ik ben bijna zeker dat
als je je objectief op een statief had geplaatst dat je dan betere
foto´s had gehad. Ik weet natuurlijk je andere parameters niet die
ingesteld stonden en dan nog andere factoren hoor.
Beste Kenneth,
In een woord GEWELDIG!!! Super deze site, ik stond op het punt een cursus te gaan volgen maar met jouw site kan ik veel makkelijker de eerste stapjes binnen de fotografie zetten!
Bedankt!!
Groetjes Esther
Hallo!
Super veel info! Het duizelt me al een paar dagen hahaha!
Maar goed, ik moet dus produktfoto’s maken.
Heb wel standaard, maar wil ook mooie foto’s terwijl een model de schoenen aan heeft.
Heb ik hiervoor echt fotografie lampen nodig?
Tot zover denk ik wel, want ik heb bijvoorbeeld een hele donkerroze schoen die op de foto moet, maar ik ben echt al uren bezig om instellingen aan te passen, maar toch wil de kleur niet goed worden.
Heb je of een tip kwa instellingen of een tip welke lampen ik zou moeten aanschaffen. Het gaat hierbij om een aantal maal per jaar produktfoto’s maken, dus met een honderd of 4/5 mag het wel ophouden!
Alvast bedankt en ook voor de cursus hier online!
Groetje,
Agnes
Bij wat voor cursus kan je dit allemaal leren? Als die mogelijkheden duizelen me enorm, zou hier graag meer over willen leren… O ja, weet iemand welke camera ik het beste kan kiezen: de Canon PowerShot G12 of de Nikon Coolpix P7000 (zijn beide nog niet uit, maar is al wel veel over te vinden op internet)? Ook graag erbij waarom….
Groetjes Susanne
Hallo,
Wowww wat een super uitleg en wat een mooie foto`s.
Zelf ben ik ook nog niet zolang bezig en heb overwogen een cursus te gaan volgen omdat ik er totaal niet meer uitkwam met diafragma,iso enz,
Ook vind ik het super om low-en high key foto“s te maken van mijn zoontje maar vooral die lowkey dacht ik dat niet zou gaan lukken maar dankzij deze uitleg is hij redelijk gelukt voor een eerste keer…
Bedankt.
Beste Kenneth,
Lees ieder keer weer je tips, erg interessant allemaal.
Ik heb een canon 50D met macro 150 objectief en 18-200.
Wil nu een EF 70-300/4.0-5.6 IS USM kopen, heeft dit toegevoegde waarde of zeg dat moet je beslist niet doen? Alvast bedankt voor je reactie
Hoi Jacqueline, ik denk dat de belangrijkste vraag is of je merkt dat je behoefte hebt aan het extra bereik tussen 200 en 300, want er zit natuurlijk wat overlap in met de 18-200 (hoewel de zoomfactor van de 70-300 – 4x – minder is dan de 18-200 – 10x – dat zou de kwaliteit ten goede moeten komen). Daarnaast ligt het er ook aan welk onderwerp je wilt fotograferen. Voor de prijs staat de lens redelijk goed aangeschreven, de bouwkwaliteit kan iets beter en het voorste element draait mee bij het focussen (lastig met polarisatiefilter), maar ze rekenen er ook niet de hoofdprijs voor.
Bedankt Kenneth voor je snelle reactie.
Ik wil inderdaad het onderwerp dichter bijhalen, dus volgens jou haal ik hier wel wat meer uit dan mijn 18-200.
Ik wil je nogmaals zeggen dat ik je site erg goed vind, ik lees er regelmatig op en steeds weer kom ik dingen tegen dat ik denk oh ja, je gaat het natuurlijk ook steeds meer gebruiken in de praktijk en dan wordt alles nog duidelijker. Dus…..niet mee gaan stoppen hoor.
Kun je eventueel ook nog eens iets van waterdruppels fotograferen duidelijk maken. Ben hier al uren zoet mee geweest. Moet ik flitsen? Macro gebruiken? Welk diafragma/sluitertijd.
Bedankje aan Laura,
Kreeg deze site via jou, en kan heleboel rustig door nemen.
En staan nuttige tips in.
Bedankt Kenneth voor je zeer duidelijke site.
Ook ik was net als vele andere van plan binnenkort een cursus te volgen, maar met dank aan deze site stel ik dit voorlopig nog even uit. Ik fotografeer pas sinds kort met een Canon eos 500d met een Canon 17-85mm lens. Ik probeer altijd zo creatief mogelijk bezig te zijn, maar met mijn kennis kwam hier niet zo veel van terrecht. Hopelijk zal het nu een stuk beter gaan.
Ga vooral door met het plaatsen van zeer zinvolle informatie.
Groetjes,
Duncan
Beste Kenneth,
Mijn complimenten voor deze geweldige site,maar vooral de manier van uitleggen is een dikke 10+ waard!!
Nu heb ik natuurlijk ook een vraag voor je,ik wil graag jou mening horen over het volgende:
Ik gebruik een Sony A200 digitale spiegelreflex i.c.m een SOLIGOR f 1: 6,3 – 400 mm telelens ( kiesdiafragma handmatig scherpstellen dus)
Ik maak vooral veel foto’s in sporthallen bij TL verlichting.
Een aantal mensen is van mening dat ik een onjuiste keuze maak.
Voor een “groentje” als ik is het veel te moeilijk zo niet onmogelijk om daar een goed resultaat mee te behalen.
Graag jou eerlijke ongezoute mening hier over en eventueel advies.
Met vriendelijke groet,
G.Kerkhofs.
Beste Kenneth,
Wat zou je adviseren om als instellingen te gebruiken voor buiten voetbal wanneer je een canon100D hebt met een 55-250 lens?
Merk heel vaak dat ze toch wazig zijn, en dat is natuurlijk erg jammer.
Groeten,
B.Ursinus
Geachte heer,
Per toeval kwam ik op Uw website en zou graag enige raadgevingen van U krijgen indien mogelijk.
Een twintigtal jaar geleden nam ik foto’s en dia’s met een analoog toestel van Chinon. Dit merk bestaat ondertussen niet meer.
Wegens andere bezigheden kwam fotografie op een laag pitje te staan. Daar ik nu heel wat meer vrije tijd heb, zou ik graag opnieuw beginnen met deze hobby. Echter ik twijfel welk toestel en objectief ik mij moet aanschaffen om te beginnen.
mijn voorkeur gaat uit naar Nikon. De D 300 s / D 7000 met een 16-85 objectief, spreekt mij heel erg aan. Ik heb wel enigsinds notie van diafragma en sluitertijd, maar ISO en in het bijzonder hoge ISO standen komen mij wat vreemd over. Vroeger kon men met een analoog toestel enkel een hoger ASA kiezen door de filmrol te vervangen.
In reviews lees ik ook dat de D 7000 beter is dan de D 300 s. De ene winkel verkoper zegt van wel en de andere niet.
Wat is hier nu van waar ? Ook vertelde men dat de D 400 op komst is.
Is het raadzaam om als beginner een D 300 s aan te schaffen ? Ik wil graag portretten en landschappen fotograferen.
Wilt U mij een beetje verder helpen ?
Ik dank U van harte bij voorbaat.
Met vriendelijke groeten,
patrick Dhiedt.